Vandaag heb ik gepland om me voor te bereiden op de 1e dansochtend van de serie van 5 die over het vloeiende ritme gaat.

Ik lig nog in bed en heb geen zin om eruit te komen. Aaah ik zit in de schaduwkant van vloeiend denk ik meteen. Ik draai me nog eens lekker om. En terwijl ik dit doe stel ik me voor hoe de ochtend eruit zou kunnen zien. Ik heb zoveel ideeen, Jeetje hoe kom ik nu tot focus voor een workshop van drie uur. Ik zou er 5 ochtenden mee kunnen vullen, wat zeg ik tien! Welke vorm ga ik kiezen, aaah ik zie wel, dat komt wel goed. En draai me nog een keer om. Nou zegt een ander stemmetje, dat is wel erg laissez fair, dat past niet bij je. Jij wil de dingen goed voorbereid hebben. Dus moet je opstaan en aan de slag. Zucht, zo meteen, nog een keer omdraaien, mmmmm

Ik sta op, doe mijn dagelijkse serie ochtendoefeningen en loop naar beneden. Zet de muziek aan en dans op wat vloeiende nummers.

De bel gaat. Mijn moeder aan de deur. Ze is op weg naar het Zomerplalet, een actviteitenochtend voor ouderen. Mijn moeder is 82 en een beetje aan het kwakkelen met haar gezondheid. Haar hartritmestoornis speelt op, pillen nog niet helemaal goed ingesteld en steeds vaker paniekaanvallen. Ze zegt dat ze helemaal nerveus is. Ze zegt ik weet niet wat er is maar ik ben zo zenuwachtig om erheen te gaan. Haar ogen bewegen onrustig en ze drentelt heen en weer door de kamer.  O ja zegt ze, ik heb ook sjaals meegebracht, die wilde je graag hebben. Ik neem ze aan en zeg dank je wel. Ja die ga ik misschien nog wel gebruiken om dansers te laten ervaren hoe je met behulp van een sjaal een vloeiende beweging kunt ervaren.

Ik dans door de kamer met de sjaal en zeg kijk dit bedoel ik. En tegelijkertijd kijk ik naar haar en ik denk: grond, ze heeft grond nodig, voeten, aarde, uit haar hoofd en de rondmalende gedachten. Ik zeg dans maar mee. Ja zegt ze dat kan ik beter doen en ze maakt drie passen, maar ik moet weg want ik moet naar het Zomerpallet, want dat is goed voor mij. Niets moet, mam als jij het niet wil. Maar waar ben je bang voor? Dat weet ik niet, zegt ze. Ik voel het gewoon overal. Ik heb het eerder nooit zo beseft maar  als we een test zouden doen dan is mijn moeder een super HSP.

Dat lijkt me dan nogal zinloos, zeg ik droog, om bang te zijn als je niet weet waarvoor. Ik vraag haar om de aandacht naar haar voeten te brengen en leg mijn handen op haar schouders. Naar je lijf en uit je hoofd. Een mooi moment tussen moeder en dochter waarbij de rollen langzaam omkeren.

Even vergeten hoe ze kan aarden, contact kan maken met haar lijf, hoe ze zichzelf kan gronden. Gelukkig is ze thuis in yoga en altijd bereid om te leren. Ik ben trots op haar, dat ze zichzelf blijft uitdagen dingen te doen die ze spannend vind.

Ze gaat, naar het zomerpalet. Dag mam, een fijne ochtend en ik kom straks even horen hoe het was.